Na een lang en actief leven als zangeres en musicus én als activiste voor gelijke behandeling van vrouwen is Carline Ray op donderdag 19 juli 2013 overleden op 88-jarige leeftijd. Haar leven werd bepaald door de jazz. Carline Ray werd op 21 april 1925 in Manhattan geboren. Zelfbewustzijn en zelfverzekerd zijn waren bepalend voor het Afro- Amerikaanse milieu waarin Carline werd geboren. Haar vader, Elisha Ray, was een trompettist die -in hetzelfde jaar dat Carline werd geboren -zijn studie aan Juilliard School of Music voltooide. Elisha Ray had met de ragtimebandleider James Reese Europe gespeeld en kreeg aanbiedingen voor meer werk in de muziek. Om echter zijn gezin een stabiele inkomensbron te verschaffen, koos vader Ray voor een baan bij het postkantoor. In navolging van haar vader ging Carline Ray op zestienjarige leeftijd aan het Juilliard studeren. Haar studie duurde vijf jaar. Binnen die periode veranderde zij van studierichting, van piano naar compositie. Later, in 1956, toen ze al jaren als beroepsmusicus werkte, haalde ze haar doctorstitel op de Manhattan School of Music.
Toen Carline Ray in 1946 samen met haar vriendin Edna Smith afstudeerde op de Juilliard School of Music, besloten beide dames zich aan te sluiten bij International Sweethearts Of Rhythm, een damesorkest met een zeer swingende reputatie. Deze International Sweethearts Of Rhythm was een damesorkest dat ooit in de vroege dertiger jaren was geformeerd op een school vooor zeer arme zwarte meisjes in Mississippi en vlak na de Tweede Wereldoorlog opnieuw werd opgericht. Carline Ray speelde gitaar en zong. Na deze opstap naar een professionele loopbaan sloot zij zich in 1948 aan bij de populaire Erskine Hawkins And His Orchestra. De tweede helft van de veertiger jaren waren echter een magere tijd voor de meest bigbands uit het swingtijdperk. Na Erskine Hawkins formeerde Ray een trio met voormalig medestudente Edna Smith en ex Sweetheart collega Pauline Braddy. Dit trio vormde enige tijd de basis, daarnaast speelde Carline Ray als ervaren gitariste en bassiste mee bij diverse muzikale projecten, zoals het Sy Oliver Orkest, het Duke Ellington Orchestra onder leiding van Mercer Ellington, formaties rond pianiste en componiste Mary Lou Williams, van tromboniste componiste Melba Liston en als begeleidster van zangeres Ruth Brown. Ze trouwde met bandleider Luis Russell, in de periode dat deze het begeleidingsorkest van Louis Armstrong leidde. Toen Luis Russell in 1963 stierf, was Catherine Russell zeven jaar oud. Hoewel alleenstaande moeder, bleef Carline Ray als musicus actief. Zij nam haar dochter mee naar plaatopnamen en optredens. in de volgende tientallen jaren werkte ze veel als sessiemuzikant in studio's en speelde vaak electrisch bas. Daarnaast zong ze klassiek koorwerk, waaronder optredens met Kerstmuziek onder leiding van Leonard Bernstein. Ook was ze back-up zangeres bij opnames van Patti Page, Bobby Darrin en anderen. Vaak zong en speelde bas bij het Alvin Ailey American Dance Theater, zoals bij de uitvoering in 1971 van “Mary Lou’s Mass,” van Mary Lou Williams.
In 1980 kreeg ze een studiebeurs om acoutische contrabas te studeren bij jazzveteraan Major Holley. Haar loopbaan besloeg een periode van bijna zeventig jaar, waarin zij diverse instrumenten bespeelde en zich met verschillende muziekgenres bezighield, van calypso tot kerkkoren. Carline Ray zette zich bijzonder in voor de erkenning van vrouwen in de jazz en trad zodoende ook op in de documentaire "The Girls in the Band," onder de regie van Judy Chaikin. De gitariste vertelde in deze film aan schrijfster Sally Placksin: 'Ik wil allereerst serieus genomen worden als musicus. Dat ik vrouw ben, komt omdat ik dat nou eenmaal ben.' Carline Ray had haar trots, maar voelde desondanks de noodzaak zichzelf te bewijzen in een wereld die voornamelijk door mannen werd gedomineerd. Volgens haar dochter, Catherine Russell, wilde ze nooit dat iemand haar hielp met haar versterker of met haar contrabas. In 2005 mocht Carline de Kennedy Center's Mary Lou Williams Women in Jazz Festival Award in ontvangst nemen, in 2008 gevolgd door de International Women In Jazz Award.
Na een lang leven als musicus in dienst van anderen trad ze pas dit jaar in de schijnwerpers met een eigen soloalbum "Carline Ray - Vocal Sides." Haar dochter Catherine hielp haar bij de keuze van de songs en van de arrangementen. Carline Ray laat haar dochter, Catherine Russell, en haar zuster, Irma Sloan, achter.
Bijdrage: C.P. Vincentius
Toen Carline Ray in 1946 samen met haar vriendin Edna Smith afstudeerde op de Juilliard School of Music, besloten beide dames zich aan te sluiten bij International Sweethearts Of Rhythm, een damesorkest met een zeer swingende reputatie. Deze International Sweethearts Of Rhythm was een damesorkest dat ooit in de vroege dertiger jaren was geformeerd op een school vooor zeer arme zwarte meisjes in Mississippi en vlak na de Tweede Wereldoorlog opnieuw werd opgericht. Carline Ray speelde gitaar en zong. Na deze opstap naar een professionele loopbaan sloot zij zich in 1948 aan bij de populaire Erskine Hawkins And His Orchestra. De tweede helft van de veertiger jaren waren echter een magere tijd voor de meest bigbands uit het swingtijdperk. Na Erskine Hawkins formeerde Ray een trio met voormalig medestudente Edna Smith en ex Sweetheart collega Pauline Braddy. Dit trio vormde enige tijd de basis, daarnaast speelde Carline Ray als ervaren gitariste en bassiste mee bij diverse muzikale projecten, zoals het Sy Oliver Orkest, het Duke Ellington Orchestra onder leiding van Mercer Ellington, formaties rond pianiste en componiste Mary Lou Williams, van tromboniste componiste Melba Liston en als begeleidster van zangeres Ruth Brown. Ze trouwde met bandleider Luis Russell, in de periode dat deze het begeleidingsorkest van Louis Armstrong leidde. Toen Luis Russell in 1963 stierf, was Catherine Russell zeven jaar oud. Hoewel alleenstaande moeder, bleef Carline Ray als musicus actief. Zij nam haar dochter mee naar plaatopnamen en optredens. in de volgende tientallen jaren werkte ze veel als sessiemuzikant in studio's en speelde vaak electrisch bas. Daarnaast zong ze klassiek koorwerk, waaronder optredens met Kerstmuziek onder leiding van Leonard Bernstein. Ook was ze back-up zangeres bij opnames van Patti Page, Bobby Darrin en anderen. Vaak zong en speelde bas bij het Alvin Ailey American Dance Theater, zoals bij de uitvoering in 1971 van “Mary Lou’s Mass,” van Mary Lou Williams.
In 1980 kreeg ze een studiebeurs om acoutische contrabas te studeren bij jazzveteraan Major Holley. Haar loopbaan besloeg een periode van bijna zeventig jaar, waarin zij diverse instrumenten bespeelde en zich met verschillende muziekgenres bezighield, van calypso tot kerkkoren. Carline Ray zette zich bijzonder in voor de erkenning van vrouwen in de jazz en trad zodoende ook op in de documentaire "The Girls in the Band," onder de regie van Judy Chaikin. De gitariste vertelde in deze film aan schrijfster Sally Placksin: 'Ik wil allereerst serieus genomen worden als musicus. Dat ik vrouw ben, komt omdat ik dat nou eenmaal ben.' Carline Ray had haar trots, maar voelde desondanks de noodzaak zichzelf te bewijzen in een wereld die voornamelijk door mannen werd gedomineerd. Volgens haar dochter, Catherine Russell, wilde ze nooit dat iemand haar hielp met haar versterker of met haar contrabas. In 2005 mocht Carline de Kennedy Center's Mary Lou Williams Women in Jazz Festival Award in ontvangst nemen, in 2008 gevolgd door de International Women In Jazz Award.
Na een lang leven als musicus in dienst van anderen trad ze pas dit jaar in de schijnwerpers met een eigen soloalbum "Carline Ray - Vocal Sides." Haar dochter Catherine hielp haar bij de keuze van de songs en van de arrangementen. Carline Ray laat haar dochter, Catherine Russell, en haar zuster, Irma Sloan, achter.
Bijdrage: C.P. Vincentius
Reacties
Een reactie posten