Op 14 februari 2011 overleed pianist en bandleider George Shearing op 91-jarige leeftijd. Na een ernstige val in 2004 behoefde hij de laatste van zijn leven intensieve verpleging. George Shearing heeft veel voor de jazz betekend, maar is vaak verguisd in jazzkringen door zijn uitstapjes richting commerciële muziek, zeg maar rustig muzak. Maar hij was jazzmusicus in hart en nieren en echt niet alleen van easy listening jazz. Zijn kwintet herbergde door de jaren heen grote talenten zoals mondharmonicavirtuoos Toots Thielemans, vibrafonisten Majorie Hyams, Cal Tjader en Gary Burton en drummer Denzil Best.
Shearing werd blind geboren in een armoedig milieu. Vader was kolenboer en moeder maakte treinen schoon. Op driejarige leeftijd leerde hij pianospelen. Na beperkte opleiding en uitgebreid luisteren naar jazzopnames, begon hij in hotels, clubs en pubs in de omgeving van Londen te spelen, soms solo, nu en dan met dansorkesten.
In 1940 sloot Shearing zich aan bij de populaire band van Harry Parry, een ster in het Verenigd Koninkrijk. Hij trad op voor de BBC, speelde met de in Londen gevestigde groepen van Stephane Grappelli in de vroege jaren veertig en won zeven opeenvolgende Melody Maker polls.
In 1946 vestigde Shearing zich in de Verenigde Staten. In 1956 werd hij tot Amerikaans staatsburger genaturaliseerd. In de tussentijd bouwde Shearing een gedegen reputatie als jazzmusicus op. Hij speelde zowel bij het Oscar Pettiford Trio als bij het Buddy de Franco kwartet. In 1949 vormde hij zijn eerste kwintet. Shearing maakte een serie populaire opnamen zoals September In The Rain. Van deze hit werden er 900.000 exemplaren verkocht, in die tijd een enorm succes. Van zijn eigen compositie, Lullaby Of Birdland (1952) verschenen talloze versies, waarvan die van Sarah Vaughan en die van Ella Fitzgerald tot de beste behoren.
De Shearing stijl, het in dubbel block chord spelen van de melodie met een toegevoegde vijfde stem een octaaf lager, ontleende hij, naar eigen zeggen aan de klank van de saxofoonsectie van het Glenn Miller orkest.
Toentertijd was deze stijl baanbrekend en kreeg veel navolging. Shearing was geen modernist, na een beginperiode waarin de bebop de stijl bepaalde, kwam het accent steeds meer op aangenaam klinkende swing te liggen. Ontwikkelingen als hardbop, freejazz, Ornette Coleman, Miles Davis of John Coltrane; het leek allemaal aan George Shearing voorbij te gaan. Zijn jarenlange verbintenis met het label Capitol leverde ook een aantal al te zoetgevooisde albums op, vaak met strijkers. Titels als
White Satin (1960), Satin Brass(1959), Satin Latin(1959),Velvet Carpet (1956), Black Satin(1956) of Soft and Silky(1962) spreken boekdelen.
Van al te softe easy listening naar mainstream swing van niveau; Shearing schakelde moeiteloos. Het leverde mooie samenwerkingen op met Dakota Staton In the Night with Dakota Staton (1958), Peggy Lee Beauty and the Beat! (1959) en Nancy Wilson The Swingin's Mutual!(1961) Later speelde Shearing met een trio, solo en steeds vaker in een duo.
De verschuiving van easy listening naar mainstream resulteerde in een reeks puike jazzalbums zoals in Alone Together (1981) en in 1994 Great Britain's Marian McPartland & George Shearing (beide met Marian McPartland)in 1990 Mel and George "Do" World War II (Live) in 1982 An Evening with George Shearing & Mel Tormé (Live) in 1983 Top Drawer (Live) en 1985 An Elegant Evening, allen met zanger Mel Tormé.
Pure jazz van klasse leverde Shearing bovendien op de albums George Shearing and the Montgomery Brothers(met o.m. Wes Montgomery) (1961) en The Reunion — (met Stephane Grappelli) uit 1976.
In de jaren zeventig liep de populariteit van Shearing aanzienlijk terug, maar toen hij in 1979 een contract tekende met Concord Records kende zijn muziek een opleving.
In 2002 werkte Shearing samen met het John Pizzarelli Trio hetgeen resulteerde in het album The Rare Delight of You. De albumcover, die Pizzarelli en Shearing toont terwijl zij poseren voor een blauwe achtergrond, welke refereerde aan de cover van Nat King Cole Sings: The George Shearing Quintet Plays, een eerder en legendarisch album waarmee het in stijl overeenkomt.
Shearings interesse in klassieke muziek resulteerde in diverse uitvoeringen met orkesten in de jaren vijftig en jaren zestig. In zijn solo’s klinkt vaak zijn voorliefde voor Claude Debussy, Delius en in het bijzonder Erik Satie door. Shearing maakte ook een opname met de klassieke Franse hoornspeler Barry Tuckwell. En er is zelfs een Concerto for Classic Guitar and Jazz Piano van Shearings hand, getuige het gelijknamige album uit 1979.
Verder op YouTube:
- George Shearing Quintet playing Swedish pastry
- George Shearing Quintet – Conception
Bijdrage: C.P. Vincentius (www.cpvincentius.nl)
Shearing werd blind geboren in een armoedig milieu. Vader was kolenboer en moeder maakte treinen schoon. Op driejarige leeftijd leerde hij pianospelen. Na beperkte opleiding en uitgebreid luisteren naar jazzopnames, begon hij in hotels, clubs en pubs in de omgeving van Londen te spelen, soms solo, nu en dan met dansorkesten.
In 1940 sloot Shearing zich aan bij de populaire band van Harry Parry, een ster in het Verenigd Koninkrijk. Hij trad op voor de BBC, speelde met de in Londen gevestigde groepen van Stephane Grappelli in de vroege jaren veertig en won zeven opeenvolgende Melody Maker polls.
In 1946 vestigde Shearing zich in de Verenigde Staten. In 1956 werd hij tot Amerikaans staatsburger genaturaliseerd. In de tussentijd bouwde Shearing een gedegen reputatie als jazzmusicus op. Hij speelde zowel bij het Oscar Pettiford Trio als bij het Buddy de Franco kwartet. In 1949 vormde hij zijn eerste kwintet. Shearing maakte een serie populaire opnamen zoals September In The Rain. Van deze hit werden er 900.000 exemplaren verkocht, in die tijd een enorm succes. Van zijn eigen compositie, Lullaby Of Birdland (1952) verschenen talloze versies, waarvan die van Sarah Vaughan en die van Ella Fitzgerald tot de beste behoren.
De Shearing stijl, het in dubbel block chord spelen van de melodie met een toegevoegde vijfde stem een octaaf lager, ontleende hij, naar eigen zeggen aan de klank van de saxofoonsectie van het Glenn Miller orkest.
Toentertijd was deze stijl baanbrekend en kreeg veel navolging. Shearing was geen modernist, na een beginperiode waarin de bebop de stijl bepaalde, kwam het accent steeds meer op aangenaam klinkende swing te liggen. Ontwikkelingen als hardbop, freejazz, Ornette Coleman, Miles Davis of John Coltrane; het leek allemaal aan George Shearing voorbij te gaan. Zijn jarenlange verbintenis met het label Capitol leverde ook een aantal al te zoetgevooisde albums op, vaak met strijkers. Titels als
White Satin (1960), Satin Brass(1959), Satin Latin(1959),Velvet Carpet (1956), Black Satin(1956) of Soft and Silky(1962) spreken boekdelen.
Van al te softe easy listening naar mainstream swing van niveau; Shearing schakelde moeiteloos. Het leverde mooie samenwerkingen op met Dakota Staton In the Night with Dakota Staton (1958), Peggy Lee Beauty and the Beat! (1959) en Nancy Wilson The Swingin's Mutual!(1961) Later speelde Shearing met een trio, solo en steeds vaker in een duo.
De verschuiving van easy listening naar mainstream resulteerde in een reeks puike jazzalbums zoals in Alone Together (1981) en in 1994 Great Britain's Marian McPartland & George Shearing (beide met Marian McPartland)in 1990 Mel and George "Do" World War II (Live) in 1982 An Evening with George Shearing & Mel Tormé (Live) in 1983 Top Drawer (Live) en 1985 An Elegant Evening, allen met zanger Mel Tormé.
Pure jazz van klasse leverde Shearing bovendien op de albums George Shearing and the Montgomery Brothers(met o.m. Wes Montgomery) (1961) en The Reunion — (met Stephane Grappelli) uit 1976.
In de jaren zeventig liep de populariteit van Shearing aanzienlijk terug, maar toen hij in 1979 een contract tekende met Concord Records kende zijn muziek een opleving.
In 2002 werkte Shearing samen met het John Pizzarelli Trio hetgeen resulteerde in het album The Rare Delight of You. De albumcover, die Pizzarelli en Shearing toont terwijl zij poseren voor een blauwe achtergrond, welke refereerde aan de cover van Nat King Cole Sings: The George Shearing Quintet Plays, een eerder en legendarisch album waarmee het in stijl overeenkomt.
Shearings interesse in klassieke muziek resulteerde in diverse uitvoeringen met orkesten in de jaren vijftig en jaren zestig. In zijn solo’s klinkt vaak zijn voorliefde voor Claude Debussy, Delius en in het bijzonder Erik Satie door. Shearing maakte ook een opname met de klassieke Franse hoornspeler Barry Tuckwell. En er is zelfs een Concerto for Classic Guitar and Jazz Piano van Shearings hand, getuige het gelijknamige album uit 1979.
Verder op YouTube:
- George Shearing Quintet playing Swedish pastry
- George Shearing Quintet – Conception
Bijdrage: C.P. Vincentius (www.cpvincentius.nl)
Reacties
Een reactie posten