Op 7 mei 2015 overleed bassist Ron Crotty. Los van het werk
voor Cal Tjader en het Dave Brubeck Trio en later het Dave Brubeck Quartet is
de bijdrage van Crotty aan de jazzgeschiedenis niet al te opvallend. Elke
jazzliefhebber, die een brede collectie aan LP's en cd's heeft verzameld, kent
de opnamen van het Dave Brubeck Quartet uit het begin van de jaren vijftig, Jazz at Oberlin, 1953, een de hoogtepunten van de cooljazz.
Crotty werd op 31 december 1929
geboren in San Francisco. Hij speelde als kind viool en zong in het kerkkoor.
Toen het orkest van zijn school een bassist nodig had, ging hij aan de slag met
de contrabas en had deze al snel onder de knie. In 1946 kwam Crotty in de ban
van de bebop en ging hij studeren aan San Francisco State University, om later les
te kunnen geven. Hij was geen uitzonderlijk goede student, maar hij leerde in
die periode wel om intensief met studiegenoten samen te spelen. Tegelijkertijd speelde
Crotty in een bebop-band met onder meer Al Molina. Daar leerde hij drummer Cal
Tjader kennen. Tjader verwees naar Crotty, toen Dave Brubeck een trio wilde beginnen.
Nog voor dit trio gestalte kreeg, speelden Crotty en Tjader ook samen in het
octet van Dave Brubeck, diens eerste formatie.
Het trio met Brubeck, piano, Crotty, bas
en Tjader op drums zag in 1949 het licht. Jimmy Lyons, disc-jockey in San
Francisco, hoorde het trio tijdens een nachtelijk optreden in de Burma Lounge op Lakeshore Avenue in
Oakland en begon het trio te promoten. Zo kreeg het trio door toedoen van Lyons
wekelijks zendtijd op de lokale radiozender. Incidenteel begeleidde het trio
zangeres Sarah Vaughan, zowel tijdens optredens in Oakland, als in San
Francisco. Crotty was toen amper negentien jaar. Zijn
werk bij Brubeck werd onderbroken door zijn diensttijd. Na twee jaar keerde
Crotty in 1951 bij Brubeck terug, nu in diens kwartet met altsaxofonist Paul
Desmond en drummer Lloyd Davis, het kwartet dat met de plaat "Jazz at
Oberlin" (1953) beroemd werd. Op de platenhoes van die fameuze LP staat Crotty
enigszins afzijdig aan de rechterkant op de foto. De stoel van de drummer werd na
deze opnamen al snel bezet door Joe Dodge.
De muzikale voorbeelden van Crotty waren Jimmy Blanton en Ray
Brown. Brubeck zag in Ron Crotty vooral
de man die zijn formaties een degelijke ritmische basis verschafte. Omdat
Brubeck op harmonisch en compositorisch gebied meer ontwikkeling had
meegekregen, spijkerde hij de kennis van Crotty op dit gebied bij. Na enige jaren bij het Dave Brubeck Quartet verliet Crotty
Brubeck in 1954, vanwege hepatitis. Hij keerde na jaren toeren terug naar San
Francisco, waar zijn loopbaan in de muziek al snel verpieterde door alcohol- en
amfetamineverslaving. Crotty had verschillende baantjes en probeerde af te
kicken. Een reeks afkickklinieken volgde, afgewisseld met periodes waarin
Crotty als tuinman
in zijn
levensonderhoud voorzag. Van tijd tot tijd maakte hij opnamen met jazzartisten
uit de regio. Zo speelde hij met pianist Vince Guaraldi op de LP Ron Crotty Trio / Vince Guaraldi
Quartet / Jerry Dodgion Quartet – Modern Music From San Francisco, uitgebracht
in 1955 op het Fantasy label. Eveneens speelde hij op de tweede LP van
baritonsaxofonist Virgil Gonsalves Sextet Jazz, San Francisco
Style, uitgebracht in 1955 op het Liberty label. Daarna had de verslaving hem
jarenlang in zijn greep. Incidenteel speelde hij bij ragtimepianisten als Earl
Hines, of Wally Rose, of met met lotgenoten als Art Pepper.
Pas in 1997 raakte hij definitief afgekickt. Naast zijn werk als tuinman speelt Crotty al jaren regelmatig in het café van het Oakland Museum, onder meer met trombonist/ bastrompettist Frank Phipps. Ook had hij zijn eigen groep, Ron Crotty & Friends, waarmee hij in San Francisco en omgeving optrad. In 2009 verscheen een trio-cd met bastrompettist Frank Phipps en gitarist Tony Corman; Crotty Corman And Phipps. Daarmee sloot Ron Crotty zijn loopbaan af. In zijn laatste jaren kreeg Crotty enkele malen te maken met kanker, een ziekte die hem uiteindelijk fataal werd.
Pas in 1997 raakte hij definitief afgekickt. Naast zijn werk als tuinman speelt Crotty al jaren regelmatig in het café van het Oakland Museum, onder meer met trombonist/ bastrompettist Frank Phipps. Ook had hij zijn eigen groep, Ron Crotty & Friends, waarmee hij in San Francisco en omgeving optrad. In 2009 verscheen een trio-cd met bastrompettist Frank Phipps en gitarist Tony Corman; Crotty Corman And Phipps. Daarmee sloot Ron Crotty zijn loopbaan af. In zijn laatste jaren kreeg Crotty enkele malen te maken met kanker, een ziekte die hem uiteindelijk fataal werd.
Bijdrage: C.P. Vincentius
Kleine
discografie:
The Dave Brubeck Trio with Cal Tjader Vol. 1 & 2 (opnames 1950),
The Dave Brubeck Quartet -Jazz at Oberlin, 1953 (Original Jazz Classics, 1990)
The Dave Brubeck Quartet -Jazz
at the College of the Pacific (1953)
The Dave Brubeck Quartet -Live in Concert, Past Perfect, 2002
The Dave Brubeck Quartet -At Welshire Ebell: the Historic 1953 Los Angeles Concert, Fresh Sound Records, 2006.
The Dave Brubeck Quartet -At Welshire Ebell: the Historic 1953 Los Angeles Concert, Fresh Sound Records, 2006.
Reacties
Een reactie posten